Quasi elke voetbalfan is ervan overtuigd dat zijn favoriete club het vaakst benadeeld wordt door de scheidsrechter, maar supporters van Club Brugge zijn de enigen met recht van spreken. Althans, dat blijkt uit een masterproef van twee handelsingenieurs die meedingen naar de scriptieprijs van 2016.
Op basis van wedstrijdverslagen van Sporza namen Bie Busschaert en Julie De Doncker scheidsrechterlijke beslissingen uit alle Jupiler Pro League-wedstrijden van de seizoenen 2010-2011 tot en met 2014-2015 onder de loep. Metro verzamelde de meest interessante conclusies.
Niet ingrijpen bij twijfel
Scheidsrechters zullen vaker geen kaart geven dan dat ze dat onterecht wel doen. Hetzelfde bij strafschoppen: er worden meer penalty’s ten onrechte niet gefloten dan dat er onterecht worden toegekend. Volgens de onderzoekers zijn scheidsrechters bij twijfel eerder geneigd om niet in te grijpen, in dit geval dus: geen kaart te trekken of geen strafschop toe te kennen.
Meer foute beslissingen bij grote clubs
Arbiters nemen de meeste foute beslissingen in wedstrijden waaraan een grote ploeg, zoals Club Brugge, Anderlecht of Standard deelneemt. Dat heeft allicht te maken met het feit dat scheidsrechters meer druk ondervinden in deze wedstrijden.
Toch is het niet zo dat topploegen systematisch bevoordeeld worden door scheidsrechters. Foute beslissingen kunnen zowel in hun voordeel als in hun nadeel uitdraaien.
Standard bevoordeeld, Club benadeeld
Busschaert en De Doncker kwamen in hun onderzoek tot de vaststelling dat Standard de ploeg is die de voorbije jaren de meeste foute beslissingen in haar voordeel kreeg, terwijl Club Brugge veruit het meest werd benadeeld bij foutieve beslissingen.
De onderzoekers beklemtonen wel dat er geen enkele scheidsrechter systematisch in het nadeel van Club Brugge fluit. De foute beslissingen in het nadeel van Blauw-Zwart werden genomen door verschillende scheidsrechters en niet door enkele individuen.
Fouten niet in balans
Wanneer fans scheidsrechterlijke fouten aanhalen als reden voor een verliesmatch, krijgen ze vaak te horen dat “alle foute beslissingen elkaar uiteindelijk wel zullen opheffen”. Dat een ploeg aan het eind van het seizoen met andere woorden even vaak voor- als nadeel haalt uit scheidsrechterlijke fouten.
Busschaert en De Doncker gaan echter niet helemaal akkoord met die stelling. “Op basis van onze data stelden we vast dat er duidelijke verschillen zijn tussen ploegen wat betreft scheidsrechterlijke fouten in hun voor- of nadeel”, klinkt het. De volledige thesis kan hier geraadpleegd worden.